Lenneke de Voogd over de rol van BTG als bruggenbouwer, ook met kennisplatform
19 dec 2024Sinds kort maakt Lenneke de Voogd deel uit van het bestuur van BTG. Na haar voortrekkersrol binnen het Do IoT Fieldlab maakt ze tegenwoordig vanuit...
BTG geeft signaal af aan de nieuw te vormen regering om door te pakken. De politiek moet burgers veel beter beschermen tegen de uitdijende datahonger van overheid en bedrijven. Dit stelt de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) in zijn advies ‘Sturen of gestuurd worden’, over de legitimiteit van sturen met data. Door onvoldoende inhoudelijke kennis bij politici op dit vlak, schiet de democratische controle tekort, stelt de ROB. Een minister voor Digitale Zaken kan hierin verandering brengen. Petra Claessen, directeur BTG/TGG, bepleit dit voorstel om hierop stevig in te zetten.
De Raad ziet bij het waarborgen van de legitimiteit van sturen met data een belangrijke rol weggelegd voor het openbaar bestuur. “We zien bij de toeslagenaffaire wat er mis kan gaan als er ongecontroleerd data worden verzameld en geanalyseerd”, stelt Miranda de Vries van de ROB tegenover de NOS. “Niemand legt verantwoording af hoe een beslissing is genomen. Wij zeggen: doe dat transparant. Als een politieagent een woning binnentreedt, moet hij ook verantwoording afleggen. Maak ook goede regels voor de digitale wereld.”
De Raad voor het Openbaar Bestuur is een onafhankelijk adviesorgaan van de regering en het parlement. De ROB adviseert – gevraagd of op eigen initiatief – over de inrichting en het functioneren van het openbaar bestuur en de beleidsmatige aspecten van financiële verhoudingen tussen Rijk, gemeenten en provincies
BTG credo: pak door
Direct na de verkiezingen dit jaar pleitte BTG-directeur Petra Claessen al voor een actieve rol van het nieuw te vormen kabinet hierin. “We gaan ervan uit dat een nieuwe regering het startschot vormt voor een digitale sprong voorwaarts, die ons land hard nodig heeft. We komen nu in een fase waarin het cruciaal is dat we toewerken naar een vernieuwde digitale maatschappij. We zien er naar uit dat het nieuwe kabinet hierop doorpakt.”
Claessen heeft een duidelijke mening over hoe dat doorpakken zou moeten gebeuren. Ze neemt met BTG en met iPoort, gecombineerd met samenwerkende partners, graag het voortouw bij het opzetten van een Deltaplan Digitale Infrastructuur NL. Daaronder verstaat ze: triple-helix-samenwerkingen die leiden tot een digitale agenda voor de korte en langere termijn rondom thema’s zoals cybersecurity, cloud, data, privacy, innovatie en bedrijfscontinuïteit. Ook is ze warm pleitbezorger voor een Ministerie van Digitale Zaken. “Die roep hoor ik heel sterk vanuit de hele sector. Een Minister op Digitale Zaken kan ervoor zorgen dat de urgentie wordt onderkend om dit thema op te pakken en het voorkomt een verdere versnippering binnen de regering op digitalisering binnen onze maatschappij. Laat brancheverenigingen zoals BTG maar ook een organisatie zoals iPoort, een actieve en zichtbare rol hierin vervullen. Dan gaan we pas echt ‘meters maken’ significante en zichtbaar door de overheid te ondersteunen om het allemaal nog beter te doen. Vanuit deze gedachtegang bestaat er een concrete link met de markt, daar waar het allemaal moet plaatsvinden. ”
Het voornemen voor de instelling van een Vaste Tweede Kamercommissie voor Digitale Zaken is een stap in de goede richting, maar er is meer nodig. BTG en Serviceorganisatie TGG willen en kunnen daar een rol in spelen. “Wij geloven in samenwerken vanuit ecosystemen en in verbinden op inhoud en best practices”, zegt Claessen. “Onze achterban is zeer divers en pluriform van samenstelling en dat maakt, dat wij zeer geschikt zijn om daar een voortrekkersrol in te vervullen. Ook de MNO’s, die ook bij ons zijn aangesloten, zijn cruciaal in dit proces. En we kijken daarbij natuurlijk ook buiten de grenzen. Nederland kan het niet alleen en dus moeten we ook aansluiten bij de regelgeving binnen Europa.”
Bestuurlijke aanbevelingen
In het rapport geeft de ROB als aanbeveling: “Bestuurders en volksvertegewoordigers dienen bestuurlijke en politieke portefeuilles voor digitalisering en datahuishouding te creëren. Denk op landelijk niveau aan een permanente commissie in de Tweede Kamer voor digitale zaken en datahuishouding, zoals voorgesteld door de Tijdelijke Commissie Digitale Toekomst (TCDT), en aan een minister voor digitale zaken en datahuishouding.
Daarbij kan een analogie worden gemaakt met de minister van Financiën. Een dataminister beheert niet de nationale schatkist maar de nationale datakluis, stelt geen Rijksbegroting op maar de Rijksdata-agenda, en legt geen verantwoording af in een financieel jaarverslag maar in een data jaarverslag. Hij of zij is systeemverantwoordelijk, andere ministers zijn verantwoordelijk voor hun eigen datastrategie. Dat wil zeggen dat de voorgestelde minister een coördinerende rol vervult en toezicht houdt op departementen die sturen met data. Deze aanbeveling is ook te vertalen naar andere lagen in het openbaar bestuur, zoals een wethouder of gedeputeerde voor digitale zaken en datahuishouding en gelijknamige commissies in Provinciale Staten en gemeenteraden.
Download hier het advies van de ROB:
https://www.raadopenbaarbestuur.nl/documenten/publicaties/2021/05/25/advies-sturen-of-gestuurd-worden?x