Nederland importeerde Nederland in 2021 voor 48 miljard euro aan goederen uit China, waarvan bijna twee derde Nederland weer in vrijwel onbewerkte staat verliet als wederuitvoer. In 2020 was dat nog 39,6 miljard euro. Bijna 10 procent van alle goederenimport is afkomstig uit China. Nederlandse bedrijven zijn ook meer Chinese grondstoffen en halffabricaten gaan invoeren voor het produceren van goederen en het leveren van diensten. De telecomsector is het meest afhankelijk van import vanuit China.
Dat meldt het CBS naar aanleiding van een gezamenlijke studie met het Centraal Planbureau (CPB) over de economische verwevenheid met China via handel. De goedereninvoer uit China nam in 2021 met 8,3 miljard euro (21 procent) toe vergeleken met 2020. De goedereninvoer uit China groeide sinds 2015 gemiddeld met 8,7 procent per jaar, terwijl de totale goedereninvoer jaarlijks met gemiddeld 5,5 procent toenam. Dat betekent dat China steeds belangrijker is geworden voor de Nederlandse goedereninvoer. Was in 2015 het aandeel van China in de totale goedereninvoer nog 8,2 procent, in 2021 was dat toegenomen tot 9,9 procent. Alleen uit Duitsland was de invoerwaarde van goederen in 2021 hoger dan uit China.
Invoer voor wederuitvoer gedomineerd door hightech producten
Bijna twee derde van de in 2021 uit China geïmporteerde goederen verliet Nederland vrijwel onveranderd als wederuitvoer (31,8 miljard euro). Deze wederuitvoer bestaat uit grondstoffen en halffabricaten, maar vooral uit hightech eindproducten zoals computers (3,5 miljard euro), telefoons (3,4 miljard), monitors (1,9 miljard), en microchips en halfgeleiders (1,9 miljard). In 2021 groeide de invoer voor wederuitvoer van Chinese goederen met 6,7 miljard euro vergeleken met 2020. Deze sterke toename bestond onder meer uit een groei van 902 miljoen euro aan ingevoerde telefoons, 614 miljoen euro aan halfgeleiders en microchips, en 312 miljoen euro aan computers.
De invoer van goederen uit China voor de Nederlandse markt bedroeg 16,2 miljard euro in 2021. Deze goederen worden deels verder verwerkt door Nederlandse bedrijven. Het andere deel is direct goed voor consumptie door huishoudens, overheidsbestedingen en bedrijfsinvesteringen, en bedroeg 7,6 miljard euro in 2021. In 2020 was dat nog 6,9 miljard euro. Deze invoer bestaat voornamelijk uit eindproducten zoals consumptiegoederen en kapitaalgoederen, en wordt gedomineerd door computers (1,5 miljard euro), telefoons (881 miljoen euro) en meubilair (718 miljoen euro).
Invoer voor verdere verwerking groeide het hardst
In 2021 bedroeg de goedereninvoer uit China voor verdere verwerking door Nederlandse bedrijven 8,5 miljard euro. In 2020 was dat nog 7,6 miljard euro. In 2021 nam deze invoer toe met maar liefst 934 miljoen euro (12,4 procent). Hiermee was dit deel van de goedereninvoer uit China goed voor 4,9 procent van de totale goedereninvoer voor verdere verwerking. In 2015 was dat nog 3,8 procent.
Van de 8,5 miljard euro aan import uit China voor verdere verwerking belandde 4,5 miljard euro in producten en diensten die werden afgezet op de binnenlandse markt. De overige 4 miljard euro werd verwerkt in geëxporteerde goederen en diensten. De belangrijkste productcategorieën van deze uit grondstoffen en halffabricaten bestaande invoer waren: computers en computeronderdelen (589 miljoen euro), verlichtingstoestellen en bijbehorende onderdelen (217 miljoen euro), en elektrische transformators en omvormers (299 miljoen euro).
Telecomsector is het meest afhankelijk van Chinese import
De bedrijfstak met de grootste importafhankelijkheid van China is de telecommunicatiesector, waar bijna 26 procent van de geïmporteerde goederen afkomstig was uit China. In de IT- en informatiedienstverlening was dit ruim 20 procent, en in de financiële dienstverlening bijna 15 procent. Absoluut gezien importeerde de bouw met 1,7 miljard euro het meest uit China, gevolgd door de machine-industrie met 613 miljoen euro, en de zakelijke dienstverlening met 531 miljoen euro.
Petra Claessen, CEO van BTG en BTG Services: “De cijfers van het CBS laten de verwevenheid van diverse sectoren met buitenlandse leveranciers zien, waaronder die van de telecomsector. Meer dan een kwart van de geïmporteerde goederen in deze sector is afkomstig uit China. Dit biedt interessante kansen zoals kostenbesparingen en toegang tot innovatieve producten, maar brengt ook risico’s met zich mee. Zo liet de COVID-19 pandemie zien dat verstoring van buitenlandse toeleverketens een grote impact kunnen hebben op de bedrijfsvoering van bedrijven. Een belangrijk aandachtspunt voor ieder bedrijf dat van toeleverketens afhankelijk is.”